Version française
voor
de foto's van Indonesië klik hier
Indonesie 23 jan 05 - 19 jan 05 (verslag
12)
De vucht naar Denpasar verloopt zonder
problemen. Genoeg plaats voor de benen, vriendelijke hostessen, goed eten, dus
Vincent valt al snel in een diepe slaap
. Maar wat een temperatuursverandering
bij de landing, effe puffen geblazen, zelfs voor Marie! De warmte en vochtigheid
valt als een Belgische baksteen op ons hoofd. We proberen dadelijk door te vliegen
naar Manado (Noord-Sulawesi), maar de volgende mogelijke vlucht is pas de dag
erop, dus zijn we verplicht de nacht door te brengen in 'Kuta', de 'place to be'
voor fuifbeesten of Toremolinos-toeristen,
Maar nu echt niet iets voor ons!
Ach ja, onze vlucht vertrekt de volgende ochtend.
Vanuit Manado, vertrekken
we naar 'Bunaken'. Dit is een eiland op 1 uur varen van de kust. Hier kunnen we
duiken en genieten van een bungalow op het strand. We maken tijdens deze dagen
kennis met interessante mensen, die al veel gereisd hebben, hun tips komen handig
van pas.
Vermits we nog niet genoeg hebben van de 'Highlands' beslissen we
om na de duikavonturen door te reizen naar het hoogland van Sulawesi. Een paar
dagen trekking zal ons goed doen hebben we ons voorgenomen. En inderdaad, we maken
avontuurlijke wandelingen door de jungle, worden achtervolgd door bosjesmannen
met manchetten,
(waarschijnlijk zonder slechte bedoelingen, maar op het
moment zelf, alleen in de jungle voelden we ons niet echt op ons gemak!). We vinden
na lang wandelen eindelijk de krater van de vulkaan Mount Mahawu, en rennen voor
het donker en de regen terug naar beneden
.
Onze volgende stop is West-Timor,
dus nemen het vliegtuig vanuit Manado naar Surabaya, en vandaaruit naar Kupang,
de hoofdstad van het eiland West-Timor. We komen er in de late avond toe, en vinden
na even zoeken een slaapplaats. De volgende dag proberen we informatie over dit
eiland te vinden via een plaatselijk reisbureau. Veel komen we niet te weten,
de reisagent kan ons enkel meedelen dat er eigenlijk niet veel te zien is op dit
eiland... (heel commercieel ingesteld...) Als we iets willen zien, kan hij ons
wel iets in elkaar steken, maar aan belachelijk hoge prijzen
Rijstvelden
en reuze vleermuizen zullen we later nog wel zien, houden we onszelf voor! Dus
bezoeken we het provincial museum, dat de wachters opnieuw speciaal voor ons open
doen
We rusten uit en maken de verslagen. Twee dagen later vertrekken we
vanuit Kupang naar Ende (Flores), maar wat een avontuur met Pelita Air, een Indonesische
maatschappij die volgens Lonely Planet betrouwbaar ZOU zijn
. Al wiebelend
stijgen we op en als na 2 minuutjes het personeel al begint met de sandwichkes
uit te delen (hoewel we nog vollebak aan het stijgen zijn) beginnen we ons toch
vragen te stellen,
Even wiebelend probeert de piloot het toestel aan de
grond te zetten. Vincent vond dit zijn ergste vlucht ooit ( Ik heb hem nog nooit
zo snel wit zien worden,
). Vanuit Ende charteren we een klein minibusje
dat ons een uurtje verder in de Bergen afzet in het dorpje Moni. Van hieruit vertrekken
al de tochten naar de 3-kleurige vulkaankrater-meren. Een fel turquois, een koffiebruin
en zwart meer. Het gekke van deze meren is dat ze verkleuren over de jaren heen,
volgens de legende uiteraard te wijten aan de geesten en niet aan de mineralen
in het water...
Na Moni hebben we enkele uurtjes stress. Op heel Flores is
het blijkbaar niet makkelijk om geld af te halen via ATM's (als er al te vinden
zijn, moeten ze nog werken ook natuurlijk!). We vinden in Ende een bank die ons
na 2 uur in spanning te laten wachten toch de verlosende centjes kan geven,
We hebben even genoeg spanning gehad, en kunnen een 4X4 charteren naar de volgende
bestemming: Bajawa. Voor we hier toekomen rijden we langs prachtige valleien,
vulkanen, kortom adembenemend mooie natuur. We huren een brommertje en verkennen
zo deze prachtige streek verder. We komen in de 'traditional villages' terecht,
met enkel vriendelijke lachende mensen. Vanuit Bajawa nemen we de bus naar Riung.
Deze pikt ons om 7uur op aan ons guesthouse. Allemaal goed en wel, maar 2 uur
later zijn we nog geen 500meter verder geraakt. Want het is hier blijkbaar de
gewoonte om te wachten voor vertrek tot de bus is gevuld,.. en de chauffeur moest
nog wachten tot de fotowinkel om 9uur openging, want hij had nog een filmrolletje
dat moest ontwikkeld worden,
Ach ja, chance dat we niet gehaast zijn,
Bij aankomst in Riung proberen we een slaapplaats te zoeken. Niet makkelijk zo
blijkt, want ofwel is er niemand aanwezig, ofwel zijn ze zo smerig dat zelf de
muggen er spontaan dood vallen. Tja, we hebben al snel door dat dit dorpje van
een 100-tal inwoners vergane glorie is. Dus nemen we dezelfde dag, dezelfde bus
met dezelfde buschauffeur terug naar Bajawa, en genieten weer van het zicht.
De
volgende ochtend vertrekken we met volle moed naar Ruteng. Aan een goeie prijs
hebben we opnieuw een 4X4 kunnen charteren. Deze 4uur durende rit vliegt zo snel
voorbij. Af en toe stoppen we om foto's van dit prachtige landschap te nemen.
In Ruteng nemen we opnieuw de bus en deze keer richting Lubuanbajo. Ze pikken
ons om 7uur op (zodat we toch om 8u30 kunnen vertrekken,
). In de late namiddag
komen we aan in Lubuanbajo. Dit is een stadje in het meest Westelijke punt van
Flores, van waaruit er tochten naar de eilanden Komodo en Rinca worden georganiseerd
(allebei gekend voor de Komodo dragons, de grote varanen). Dit doen we dan ook
de volgende dagen. Met vier andere Nederlanders vinden we een boot aan een goeie
prijs. De zee is redelijk ruw, maar gelukkig voor Marie bestaat er zoiets als
'Touristilâ'
We stoppen om te snorkelen, er wordt versgevangen vis
voor ons klaar gemaakt, en bezoeken de eerste dag het eiland Rinca. De foto's
spreken voor zich. Naast de Komodo's zijn er hier ook waterbuffalo's, wilde paarden
en makak -apen te vinden. We slapen op de boot, waar we rond 5 uur worden gewekt
door de pletsende regen op ons gezicht
Na het ontbijt en een snorkelsessie
wordt er koers gezet richting Komodo eiland, waar er een wandeling volgt door
de "toendra" met soms enkele Komodo's. 's Namiddags zetten we opnieuw
voet aan wal in Lubuanbajo. Flores was hard kwestie accomodatie (immens veel muggen
en ongedierte sliepen mee) maar dit weegt echt niet op tegen de ongelooflijk mooie
natuur van de kleine eiland ten oosten van Bali. Vanuit Lubuanbaja was het onze
bedoeling om naar Denpasar te vliegen, ware het niet dat de vluchten niet altijd
even betrouwbaar zijn. Via Merpati zouden we normaal gezien om 9uur vertrekken
om een tussenstop in Bima te maken om daarna onmiddellijk door te vliegen naar
Denpasar. In totaal een twee uur reizen... Ja wadde... Tot in Bima zijn we met
enige vertraging geraakt, Maar als we om 14uur die dag te horen krijgen dat er
geen vlucht meer is naar Denpasar (afgelast omdat het vliegtuig problemen zou
hebben,
) stranden we met nog enkele toeristen in Bima. Vincent blijft niet
bij de pakken zitten en gaat naar het plaatselijk kantoor van Merpati, waar ze
hem enkel kunnen meedelen dat er 'misschien ' de volgende dag een vlucht is. O.K.,
hier hadden we even niet op gerekend, want we verlangden allebei naar een warme
douche... Vincent vraagt dan een refund van ons ticket en na aandringen lukt het,
we krijgen de vlucht Bima-Denpasar terugbetaald. We gaan op zoek naar andere opties,
en vinden de bus die 's avonds om 19uur (uiteindelijk 20uur) vertrekt. Een busrit
verder, de ferry op met de bus, opnieuw op de bus, uren wachten in een bustation,
opnieuw de ferry op, die er uren op doet om van Lombok naar Bali te varen,
Enfin na 36uur reizen, (ipv van de 18uren volgens busmaatschappij) bereiken we
dan toch onze eindbestemming
Denpasar
Het hotel dat we via Lonely
Planet op het oog hadden is dicht voor renovatie, dus moeten we nog op zoek om
21uur 's avonds naar iets anders,
Die warme douche zal toch nog even moeten
wachten