Tijdkrediet nemen om een jaar te kunnen reizen, ja of nee?
Dat moet je zelf bepalen. Marie neemt tijdkrediet om wille van
volgende redenen. In haar sector (Farmaceutiche) kan ze meer
dan 1 jaar tijdkrediet opnemen. Het verschil tussen de uitkeringen
nu en als ze 50 jaar is, is zeer klein. En daarenboven kan het
zijn dat de overheid het tijdkrediet binnen enkele jaren afschaft
wegens geldtekort. Ze heeft de garantie dat ze bij dezelfde
werknemer bij terugkomst opnieuw haar zelfde functie kan opnemen.
Vincent komt met zijn zelfstandig statuut niet in aanmerking
voor tijdkrediet.
Hieronder vind je in het kort wat tijdkrediet inhoudt. De volledige
informatie is terug te vinden op www.acv-online.be.
Wie en hoe kan gebruik gemaakt worden van tijdkrediet en loopbaanvermindering?
De rechten op tijdkrediet, gelden alleen voor werknemers in
de privé-sector.
Elke werknemer krijgt een "krediet" om zijn loopbaan
volledig te onderbreken of om over te stappen naar een halftijdse
betrekking. Dit tijdkrediet bedraagt één jaar
over je ganse loopbaan en moet worden opgenomen in minimumperiodes
van 3 maanden (mag langer zijn, maar nooit minder).
Belangrijk is dat sectoren en ondernemingen de mogelijkheid hebben om door een CAO de duur van het tijdkrediet te verlengen tot maximum 5 jaar over je ganse loopbaan.
Je hebt recht op tijdkrediet wanneer je in een periode van 15 maanden voor de aanvraag minstens 12 maanden in dienst geweest bent.
Je kan het tijdkrediet op twee manieren opnemen:
1. je arbeidsprestaties volledig schorsen. Het arbeidsregime (voltijds, deeltijds) waarin je werkt, speelt dan geen enkele rol. Je beroepsloopbaan wordt immers volledig onderbroken. Je contract wordt tijdelijk opgeschort gedurende de periode van tijdkrediet. Ook als contract reeds geschorst is wegens bijvoorbeeld ziekte, kan je overstappen naar volledig tijdkrediet. Je moet enkel een voldoende dienstperiode hebben;
2. je arbeidsprestaties verminderen tot een halftijdse betrekking. Je moet dan in de 12 maanden die de aanvraag voorafgaan minstens 3/4de van een voltijdse betrekking gewerkt hebben. Deze halftijdse betrekking wordt bepaald aan de hand van de normale voltijdse arbeidsregeling in je bedrijf.
Bedragen
Als je 5 dienstjaren bij dezelfde werkgever hebt, krijg je een vaste uitkering van 526,12 euro per maand voor een volledige onderbreking van je loopbaan in het kader van tijdkrediet (alle bedragen vanaf 1/06/2003). Als je geen 5 jaar dienst hebt , bedraagt deze 394,59 euro, opnieuw voor een volledige onderbreking. Voor een halftijdse loopbaanonderbreking in het kader van tijdkrediet bedragen de bovengenoemde bedragen respectievelijk 263,06 euro en 197,29 euro. Deze uitkeringen worden aangepast aan het regime waarin je werkt. De aangepaste uitkering wordt dus niet berekend volgens het aantal uren dat je laat vallen maar wel in functie van de initiële arbeidsregeling.
Sectoren en ondernemingen kunnen bijkomende vergoedingen voorzien.
Dergelijke vergoedingen zijn eveneens bruto-belastbare vergoedingen
en geen loon. Ga ook steeds na of je recht hebt op één
van de Vlaamse aanmoedigingspremies afhankelijk van de reden
waarvoor je tijdkrediet opneemt.
Recht op verzet en uitstel voor de werkgever
Wanneer in je onderneming of dienst meer dan 5% van de werknemers gelijktijdig afwezig zijn als gevolg van beroepsloopbaanonderbreking, tijdkrediet of loopbaanvermindering, treedt een mechanisme van voorrang en planning in werking. Dit om problemen met de organisatie van het werk te voorkomen. Men zal dus afspraken maken om te regelen wie voorrang krijgt om tijdkrediet of loopbaanvermindering op te nemen.
In kleine ondernemingen met ten hoogste 10 werknemers kan je
pas gebruik maken van je rechten op tijdkrediet of loopbaanvermindering,
als je aanvraag de goedkeuring van de werkgever krijgt. De regel
komt erop neer dat je in de kleine KMO's nooit zonder het akkoord
van de werkgever in tijdkrediet of loopbaanvermindering kan
gaan.
Binnen een maand na de aanvraag kan de werkgever meedelen
dat hij de opname van je recht op tijdkrediet of loopbaanvermindering
wenst uit te stellen. Hiervoor moet de werkgever ernstige interne
of externe redenen aangeven: het is moeilijk om het werk georganiseerd
te krijgen, er zijn vervangingsmoeilijkheden, ... De werkgever
moet zijn vraag tot uitstel dus motiveren.
Dit recht op uitstel door de werkgever is beperkt tot 6 maanden.
Ontslagbescherming
Vanaf de aanvraag (die gebonden is aan een vaste termijn)
tot drie maanden na de einddatum van het tijdkrediet of de loopbaanvermindering,
mag je werkgever geen éénzijdig einde maken aan
de arbeidsovereenkomst.
Terugkeer
In de regelgeving werd ook bijzondere aandacht verleend aan de terugkeer naar je baan na het einde van het tijdkrediet of loopbaanvermindering.
Na je terugkeer moet je herplaatst worden in je vroegere functie. Als dit niet mogelijk is, moet je een gelijkwaardige of vergelijkbare job krijgen. Dit betekent dat de werkgever je terugkeer na bijvoorbeeld 5 jaar voltijds tijdkrediet, zal moeten begeleiden. Deze begeleiding moet rekening houden met de veranderingen die zich ondertussen voorgedaan hebben in de onderneming.
In onderling akkoord met je werkgever kan je ook vroeger dan
gepland terugkeren.
Belastingen en sociale zekerheid
De uitkeringen voor tijdkrediet of loopbaanvermindering zijn
bruto belastbare bedragen. Er moeten geen sociale zekerheidsbijdragen
op betaald worden. De regering heeft beslist om vanaf 1 januari
2004 een nieuwe voorheffing van 10,13% op het voltijds tijdkrediet
en 17,15% op alle deeltijdse onderbrekingen in te voeren. De
uitkeringen worden belast als vervangingsinkomen.